150 jaar Antoniuskapel in Straten

Ter gelegenheid van het 150 jaar bestaan van de Antoniuskapel in Straten is door Clara van Esch een artikel geschrevn in het periodiek Heemkundekring “de Heerlijkheid Oirschot”- Van Den Herd (jaargang10, nummer 3).

Enkele stukken daaruit geven een aardig beeld van de beleving van Clara met Straten. Verder is het interessant om te lezen hoe de situatie 150 jaar geleden was.

"Ik ben nog nooit na't kepèlleke geweest
En ik heb nog nooit enne wolf gezien.
Wolf kom uit, wolf kom uit,
Met je rooie, rooie snuit!"


't Stratens kapelleke werd bedoeld.
Als leerling van de Antoniusschool brachten we ook regelmatig, na een korte wandeling onder begeleiding van juf of meester, een bezoek aan het Antoniuskapelleke. Na een gebed zongen wij dan ook nog even een lied:
"Het wemelt in de mei van blonde kleinen, daar bij die veldkapel. De takken van de grote linde deinen, daar bij die veldkapel." enz. enz.

De tekst van dat liedje begreep ik als kind niet (ik wist o.a. niet wat daar wemelde; duiven of engeltjes, dacht ik) en of dat bezoek onder het mom van godsdienstles of gymnastiek viel, weet ik niet, maar wel dat het over dezelfde Antoniuskapel ging; ik kende geen andere. Mijn wereld reikte toen nog niet verder dan Straten en Oirschot.

Straten 1853
In die tijd zijn de 5 gehuchten van Oirschot nog duidelijk afgebakend. Het gehucht Straten gaat vanaf de Stratense hei in het Zuiden in een langgerekte vorm naar het Noorden tot aan de Oude Grintweg. Afgaande op de volkstelling van 1849 en 1859 telt het gehucht dan 100 huishoudens en iets minder woningen. De beroepsbevolking bestaat overwegend uit boeren en hun knechten. Dat er ook nog 9 wevers in Straten wonen is geen verrassing; per slot hebben we een hele hoek die naar hen genoemd is: de Wevershoek, maar dat er 19 personen zijn die als hun kostwinning klompenmaker of klompenmakers leerling opgeven is dat wel. Natuurlijk zullen die klompenmakers vooral in de winter klompen gemaakt hebben en waren ze in het voorjaar en zomer waarschijnlijk boer op hun kleine boerengedoentjes, maar toch, klompen maken schijnt hun hoofdverdienste te zijn. Verder staan er 4 personen als schaapsherder te boek en heeft Straten een wagenmaker, een timmerman, een strodekker, een smid, natuurlijk een molenaar (op de hei) en ... bovendien veearts van Kollenburg. Dat veearts zal wel een groot woord voor een beetje handigheid en dierenkennis geweest zijn. Vreemde en "geleerde" eend in de bijt is meester Bruschw(e)iler, niet alleen omdat hij meester is, maar ook omdat hij Nederlands Hervormd is in een katholieke gemeenschap. Hij heeft daarbij wel gezelschap van nog 4 personen, niet zijn vrouwen kinderen want ze hebben een andere achternaam en wonen op een ander adres. Van de 100 hoofden van de huishoudingen, die de formulieren moeten invullen en hun handtekening moeten zetten, geven 39 personen aan niet te kunnen schrijven. Dat zijn vooral vrouwen (weduwen). Gelukkig zijn daar de meester en een zekere J.v.d.Schoot, die die taak op zich nemen.

De gemeenteraad van Oirschot bestaat in 1853 uit 11 leden, waaronder 2 uit Straten, n.l. Leonardus Huiskens en Albert van de Ven. Voor gildenbroeders van St. Joris is Leonardus Huyskens een bekende naam. Immers uit de archieven en schilden van dat gilde blijkt dat hij bij dat gilde "zich 2 maal tot koning geschoten" heeft. Hoewel hij mede-eigenaar van de Stratense molen geweest moet zijn, geeft hij als beroep op: boer. In 1849 woont hij in de boerderij waar nu de familie Lamberts woont. Van Albert van de Ven heb ik (nog) geen verdere gegevens. Het zijn o.a. deze 2 raadsleden die in juni 1853 een verzoek indienen bij de gemeenteraad om weer een kapel te mogen oprichten in Straten. En dat verzoek wordt vlot ingewilligd.
De letterlijke tekst uit de notulen van de raadsvergadering van 16-6-1853 is als volgt:
"Verzoek 15-6-1853 van L. Huyskens en A. v d Ven en andere bewoners van het gehucht Straten:
De raad der gemeente Oirschot overwegende het verzoek van L. Huyskens en A. v.d. Ven en andere bewoners van het gehucht Straten om te worden ingeligt of er bij het bestuur dezer gemeente eenig bezwaar zoude bestaan tegen het wederom oprigten van dat vroeger in dat gehucht bestaan hebbende bedehuis.
Gezien art. 135 der gemeentewet: besluit:
Aan de adressanten te kennen te geven dat bij de raad dezer gemeente tegen het weder oprigten van het bestaan hebbende bedehuis geen bezwaar bestaat. "


Er staat dus niet bij waar ergens in Straten het eerdere bedehuis gestaan heeft.
!853 is ook het jaar dat in Nederland de bisschoppelijke hiërarchie hersteld wordt, waardoor katholiek Nederland weer openlijker voor haar wensen betreffende de beleving van hun godsdienst uit durfde te komen. Zou dit verzoek om het herbouwen van de Antoniuskapel en de vlotte toestemming daar iets mee te maken hebben?
Niet alleen de vergunning komt vlot, maar ook de bouw moet in snel tempo gebeurd zijn, gezien het jaarta11853 in de top van de voorgevel. Wie de "bouwmeester" of bouwers zijn geweest en wie de financier(s), is niet bekend.

De tip waarop gebouwd werd, was geen gemeenschappelijk bezit, zoals velen zullen denken, maar particulier eigendom.
Op oude kadasterkaarten bestaat die tip uit 3 perceeltjes, waarvan er zeker één, en misschien wel alle drie, toebehoren aan de Stratense familie der Kinderen. Mogelijk heeft dat perceeltje bij het boerderijtje gehoord waarop nu uitspanning de Bollen gevestigd is, en dat tot in de veertiger jaren van de vorige eeuw in bezit was van de nazaten van die familie der Kinderen, bij oudere bewoners beter bekend als Jöpke, Hanneke en Trieneke. Die 3 ongetrouwde familieleden woonden en boerden zelf in de boerderij waar nu de familie Verhoeven woont.

Van de eerste honderd jaren van het bestaan van de kapel is weinig bekend omdat er geen schriftelijke gegevens bewaard (en misschien wel nooit geweest) zijn. Al wat uit die tijd bekend is, is dat door mondelinge overlevering. Pas vanaf de jaren vijftig van de vorige eeuw zijn er papieren bewijzen, die bewaard werden en worden door de familie van Haaren. En dan blijkt dat de Antoniuskapel financieel onderhouden wordt door de bewoners van de buurtschap Straten. Die buurtschap omvat de kern van het gehucht Straten en loopt vanaf de Bestseweg tot en met Straten 16 (toen familie Th. de Werdt). Het omvat dan :l30 huishoudens, die zoals dat heet "gerechtigd zijn" voor de kapel. Er is een bestuur waarvan Doy van Haaren (vader van de tegenwoordige voorzitter Jan) voorzitter is. Elk jaar wordt er een rondgang door de buurtschap gegaan om geld in te zamelen voor het onderhoud van de kapel. Ooit was er een speciale bus waar iedere bewoner van de buurt zijn cent in kon doen voor dat onderhoud.

Elke zondagmiddag werd er een rozenhoedje gebeden, waarbij voorzitter Doy van Haaren al meer als 30 jaar de functie van voorbidder vervult. Ook diens vader was al betrokken bij het onderhoud en de diensten in de kapel. In de maanden mei en oktober, en als er iemand uit de buurt bediend of gestorven is, wordt er eveneens gebeden. Die bijeenkomsten worden aangekondigd door het luiden van de kapelklok.

Elk jaar op 17 januari - de patroonsfeestdag van de H. Antonius Abt (op St. Tunnis, zoals men in Straten zegt) - is het een beetje zondag in Straten, die begint met een H. Mis, na de middag gevolgd door een rozenhoedje in de kapel.

Het blijkt dat de grond (of een deel daarvan) waarop de kapel staat nog steeds in bezit is van Hanneke, de laatst overgebleven nazaat van de familie der Kinderen. En omdat zij ook al de leeftijd der zeer sterken bereikt heeft, maakt het bestuur zich zorgen over de moeilijkheden die zouden kunnen ontstaan als Hanneke komt te overlijden. Men denkt aan het oprichten van een stichting, waarbij de grond aan de stichting komt, maar eerst is daar het eeuw-feest van de Antoniuskapel op 17 januari 1953.